JuridischForum.be

Graag wil ik hier even om advies / bevestiging van mijn opzoekwerk vragen.
Wij hebben vandaag een brief ontvangen van Intrum, waarbij ze ons verzoeken een factuur van EANDIS binnen de 15 dagen te betalen.
Dit betreft een factuur die afkomstig is van IVERLEK, voor de periode 05-06-2006 tot 08-08-2006. Dit is de eerste briefwisseling die we hierover ontvangen.

Ik heb hierop wat opzoekwerk gedaan op internet. Naast het feit dat mijn vrouw begin juni 2006 verhuisde naar een andere gemeente en dus zelfs niet meer woonachtig was op dat adres, heb ik ook teruggevonden dat facturen voor water of energie zouden verjaren na verloop van vijf jaren.

Kan iemand mij dit bevestigen, en is deze factuur dan inderdaad niet meer invorderbaar? En wat dien ik in dergelijk geval precies te ondernemen? Volstaat een email naar Intrum, of moet ik dit via aangetekend schrijven laten weten? Of moet ik nog anders te werk gaan?

Een aangetekende brief naar intrum met de vermelding dat dit verjaart is.

Niks verjaarD!
Zij is verhuisd begin juni, maar waarschijnlijk is de overdracht naar de eigenaar of nieuwe bewoner pas 2 maanden later doorgegeven. Als zo iets gebeurt blijft zij verantwoordelijk.
U zegt factuur Iverlek? Dat moet dan wel iets speciaals zijn want Iverlek factureert niets rechtstreeks aan de klant.
Er is waarschijnlijk al een dossier bij het OCMW, voor dit naar een incasso gaat.

Ik snap niet direct wat het OCMW hier mee te maken heeft? In elk geval heeft ze nooit eerder iets van rekeningen gekregen.
De woning was op het moment van verhuis reeds verkocht, zij verhuisde begin juni, maar daarna is haar ex er nog 2 maanden blijven wonen.

Voor de verjaring baseerde ik mij trouwens op artikel 2277 BW. Is dit dan niet van toepassing wanton?

“Art.2277.Termijnen van altijddurende renten...en, in het algemeen, al hetgeen betaalbaar is bij het jaar of bij kortere termijnen,Verjaren door verloop van vijf jaren.”(Burgerlijk Wetboek).

‘B.6. Het criterium waarop het in het geding zijnde verschil in behandeling steunt, afgeleid uit het karakter van kapitaal of van inkomsten van de schuldvordering, is niet relevant ten aanzien van het doel van artikel 2277 van het Burgerlijk Wetboek, dat erin bestaat de schuldeiser tot zorgvuldigheid aan te zetten en tegelijk de schuldenaar te beschermen tegen de opeenstapeling van periodieke schulden over een te lange periode. Ten aanzien van dat doel vertoont de schuld met betrekking tot de levering van leidingwater immers gelijkenissen met de schulden bedoeld in artikel 2277 van het Burgerlijk Wetboek, vermits die schuld, aangezien zij periodiek is en het bedrag ervan na verloop van tijd toeneemt, op termijn een dermate grote kapitaalschuld kan worden dat zij de schuldenaar kan ruïneren. Hieruit volgt dat artikel 2277 van het Burgerlijk Wetboek, in die zin geïnterpreteerd dat het niet van toepassing is op de schulden met betrekking tot de levering van leidingwater, onder schuldenaars van periodieke schulden een verschil in behandeling invoert dat niet kan worden verantwoord‘(Arbitragehof nr.15/2005,19 januari 2005.

LEBON,C.,Ook voor water-, gas- en elektriciteitslevering (art. 2277 B.W.),NjW 2005, nr. 109, 506;

Het OCMW is bij decreet verplicht te bemiddelen tussen klant en energieleverancier bij niet-betaalde facturen. Eandis treedt in de plaats van de leverancier.