Lang verhaal kort: Ik heb mijn buren gedagvaard ivm overlast door zijn zaakvoering (grondverzet), misbruik van mijn perceel met schade tot gevolg, afsluiten en beperken bestaande conventionele erfdienstbaarheid, schade aan mijn omheining, ...
Tijdens de laatste conclusie hebben we camerabeelden toegevoegd die aantonen dat de buurman mijn perceel gebruikt voor het parkeren van containers, vrachtwagens, kranen, voertuigen clienteel, ... vaak met schade tot gevolg door de vele draaibewegingen.
De gebruike camera staat niet verdekt opgesteld (witte camera op groene achtergrond), is correct aangegeven met de nodige pictogrammen en vermelding vooraan de servitude en alle administratie (aanmelding IBZ en gegevensverwerking) zijn in orde. Door de ligging van onze percelen wordt een deel van hun perceel (waar ook een gedeelte van de dagvaarding over gaat) gefilmd. Dit konden we niet "onduidelijk" maken, aangezien hun perceel inspringt tov mijn perceel, en de overlast zich voordeed achter dat gedeelte van het perceel (zie het als 2 L vormen die in elkaar geschoven zijn). Dit gefilmde deel beperkt zich tot hun garages (waarvoor ze dus over mijn perceel rijden zonder hiervoor de nodige overeenkomsten voor te leggen) en niet tot de privétuin (die helemaal omgeven is door een hek van 2m, terwijl de camera op 80cm hangt). Wij waren ook al jaren vragende partij naar duidelijkheid omtrent de doorgang naar dit perceel, zodat we dit konden afsluiten met een hekwerk. De camera werd geplaatst na een aantal agressieve aanvaringen en schadegevallen, waaronder het lekken van olie op mijn perceel, waarvoor PV werd opgemaakt.
Zij vragen (nadat ze verhuisd zijn en dus zo een deel van de hinder hebben opgelost) om de rest van de rechtzaak (schade aan mijn hekwerk en het belemmeren van de doorgang) te laten vallen, en dat ze anders zullen overgaan tot klacht met burgerlijke partijstelling voor het heimelijk filmen van de gedagvaarden. In hoeverre maken zij hier kans? In hoeverre zal dit een uitspraak van de VR uitstellen tot er duidelijkheid is over deze klacht? In hoeverre zullen de filmpjes als "ongeldig" bewijs gezien worden?
Ik vind online enkel deze rechtspraak terug van een redelijk gelijkaardige case: https://lex.be/nl/doc/be/rechtspraak-ju ... 1703251_nl