#2 , 10 aug 2013 18:13
Dit is een vraag van algemeen strafrecht. In het bijzonder welke soort rechtvaardigingsgronden er bestaan. In de eerste plaats moet u trachten de hulpdiensten te verwittigen. Indien dat (redelijkerwijze) niet mogelijk is heeft u een ander probleem.
De Wet betreffende de voorlopige hechtenis van 20 juli 1990 stelt in artikel 1 dat:
" 3° iedere particulier die iemand vasthoudt die bij een misdaad of wanbedrijf op heterdaad betrapt werd, geeft de feiten onverwijld aan bij een agent van de openbare macht. De termijn van vierentwintig uren waarvan sprake is in het 1°, gaat in op het ogenblik dat die aangifte wordt gedaan;"
Dit wordt bevestigd in de rechtsleer (Strafprocesrecht, F. Deruyck, VUB-Press; Strafrecht en Strafprocesrecht in Hoofdlijnen, C. Van Den Wyngaert, Maklu Uitgevers).
De vraag die u allereerst dient te beantwoorden is of rijden onder invloed dan wel een misdrijf is dat een overtreding, wanbedrijf of misdaad uitmaakt.
Artikel 1 van het Strafwetboek bepaalt dat:
"Het misdrijf, naar de wetten strafbaar met een criminele straf, is een misdaad.
Het misdrijf, naar de wetten strafbaar met een correctionele straf, is een wanbedrijf.
Het misdrijf, naar de wetten strafbaar met een politiestraf, is een overtreding."
Artikel 25 herneemt wat thans een correctionele straf kunne zijn:
"De duur van de correctionele gevangenisstraf is, behoudens de in de wet bepaalde gevallen, ten minste acht dagen en ten hoogste vijf jaar.
Hij is ten hoogste vijf jaar voor een met opsluiting van vijf jaar tot tien jaar strafbare misdaad die gecorrectionaliseerd is.
Hij is ten hoogste tien jaar voor een met opsluiting van tien jaar tot vijftien jaar strafbare misdaad die gecorrectionaliseerd is.
Hij is ten hoogste vijftien jaar voor een met opsluiting van vijftien jaar tot twintig jaar strafbare misdaad die gecorrectionaliseerd is.
Hij is ten hoogste twintig jaar voor een met opsluiting van twintig jaar tot dertig jaar of met levenslange opsluiting strafbare misdaad die gecorrectionaliseerd is.]1
De duur van een dag gevangenisstraf is vierentwintig uren.
De duur van een maand gevangenisstraf is dertig dagen."
Artikel 37ter, §2 zegt voorts:
"De duur van een werkstraf bedraagt minstens twintig uren en ten hoogste driehonderd uren. [...] Een werkstraf van meer dan vijfenveertig uren is een correctionele straf."
Art. 38: "De geldboete wegens misdaad of wanbedrijf bedraagt ten minste zesentwintig [euro]."
Nu u dit bepaald heeft moeten we kijken naar wat de straf voor dronkenschap (en rijden onder invloed) kan zijn:
De Wet betreffende de politie over het wegverkeerd (ook wel eens gewoon de "Verkeerswet" genoemd) van 16 maart 1968 plaatst in artikel 34:
"§ 1. Met geldboete van 25 euro tot 500 euro wordt gestraft hij die op een openbare plaats een voertuig of een rijdier bestuurt, of een bestuurder begeleidt met het oog op de scholing, terwijl de ademanalyse een alcoholconcentratie van ten minste 0, 22 milligram en minder dan 0,35 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht meet of de bloedanalyse een alcoholconcentratie van ten minste 0,5 gram en minder dan 0,8 gram per liter bloed aangeeft."
Indien hij dus een boete krijgt van 25 euro mag u hem niet ophouden. Dat lijkt mij in casu nogal sterk. Het zal waarschijnlijk hoger zijn dan 25 euro (en dus 26 euro of meer). De bepaling die ik hierboven plaats is overigens indien hij de lichtste vorm van intoxicatie heeft (u spreekt van stomdronken). We mogen er dus van uitgaan dat het hier gaat om een wanbedrijf.
U heeft dus het recht deze persoon op te houden en de hulpdiensten onverwijld op de hoogte te brengen. Dat kan, tenzij u dwang wenst te gebruiken, wat steeds af te raden is, de sleutel in beslag nemen.
Daarenboven zou ik u willen wijzen op de rechtsfiguur van de noodtoestand. Deze staat toe dat iemand een misdrijf begaat dat thans gerechtvaardigd wordt. Zoals men mij op "den unief" vertelde is dat als een magisch truckske. Men begaat een misdrijf dat in al zijn elementen geconstitueerd is, maar door het aanwenden van de rechtvaardigingsgrond wordt het gerechtvaardigd. Het onrecht wordt recht, en het misdrijf verdwijnt als bij wonder.
De noodtoestand is er zo eentje. U mag dan een misdrijf plegen en de noodtoestand inroepen indien aan volgende vier voorwaarden voldaan is:
- er moet een actueel, zeker en ernstig gevaar bestaan voor het te beschermen belang;
==> Dat is hier zeker het geval. Het belang andere burgers te beschermen (u sprak over fietsers die bijna aangereden waren).
- het te beschermen rechtsgoed of rechtsbelang moet minstens van gelijke waarde zijn als het rechtsgoed of rechtsbelang dat wordt gekrenkt;
==> het beschermen van mensenlevens lijkt mij hoger dan het eigendomsrecht van een dronken persoon.
- de delictuele gedraging moet de enige mogelijkheid zijn om het kwaad te vermijden;
==> Dit is steeds moeilijk te beoordelen, maar zonder onmiddelijk een gsm in de buurt lijkt ook dit in orde.
- en diegene die zich op de noodtoestand wil beroepen, mag zich niet bewust, en zonder daartoe gedwongen te zijn, in een toestand hebben geplaatst, die op voorzienbare wijze leidt tot een belangenconflict.
==> U heeft er niet voor gekozen dat de persoon in kwestie dronken was.
Zelfs indien u dus geen wettig middel had om de persoon op te houden kon u steeds de noodtoestand inroepen. In casu had u echter wel een wettelijke grond. Dat is de Wet betreffende de voorlopige hechtenis.
In het vervolg mag u dus zeker, indien u daartoe kans ziet en geen andere mogelijkheid heeft, de sleutel trachten te bekomen. Een andere mogelijkheid was misschien ergens aanbellen en daar de telefoon gebruiken, zo voorkomt u uiteraard altijd dit probleem...