#2 , 16 nov 2014 17:23
Wetboek van Strafvordering
Art. 205. Het openbaar ministerie bij het hof of de rechtbank die van het beroep kennis moet nemen, moet, op straffe van verval, binnen vijfentwintig dagen te rekenen van de uitspraak van het vonnis, zijn beroep betekenen, hetzij aan de beklaagde, hetzij aan de voor het misdrijf burgerrechtelijk aansprakelijke partij. Het exploot bevat dagvaarding binnen zestig dagen te rekenen van hetzelfde tijdstip of binnen vijfenveertig dagen te rekenen van de uitspraak van het vonnis in het kader van de procedure van onmiddellijke verschijning bedoeld in artikel 216quinquies.