1. Het persoonlijk betrekken van het goed
De verhuurder kan op elk ogenblik de overeenkomst
beëindigen om het goed persoonlijk te betrekken en
Art. 3, § 2
van de huurwet
dit uitsluitend op voorwaarde een opzegging van zes
maand te betekenen.
Om geldig te zijn moet de opzegging het motief en de
identiteit van de persoon vermelden die het gehuurde
goed werkelijk zal betrekken.
Deze persoon kan zijn:
• de verhuurder zelf;
• zijn/haar echtgeno(o)t(e);
• zijn/haar kinderen, kleinkinderen of geadopteerde
kinderen en de kinderen van de echtgeno(o)t(e);
• bloedverwanten in de opgaande lijn (vader,
moeder, grootouders) en deze van zijn/haar
echtgeno(o)t(e);
• broers, zusters, ooms, tantes, neven, nichten en
deze van de echtgeno(o)t(e).
Een opzeg door de verhuurder voor het betrekken
door familieleden in de derde graad is niet meer mogelijk
tijdens de eerste drie jaar van de huurovereenkomst.
Dit geldt voor de contracten gesloten of vernieuwd
vanaf 31 mei 1997.
De huurder kan aan de verhuurder een bewijs van
verwantschap vragen. De verhuurder dient dan
binnen twee maand dit bewijs voorgelegd te hebben
anders kan de huurder de nietigverklaring van
de opzegging vorderen. Deze vordering dient de
huurder op zijn beurt in te stellen ten laatste twee
maand voor het einde van de opzeggingstermijn.
Deze regel geldt reeds voor de huurovereenkomsten
die lopen op 31 mei 1997.
Hoe kan de huurder de naleving van deze voorwaarden
nagaan?
De wet voorziet dat het persoonlijk betrekken van
het goed door de verhuurder of een familielid moet
plaatsvinden in het jaar na het verstrijken van de
gegeven opzeg, of ingeval van verlenging, na
teruggave van het goed door de huurder, en dat
het goed werkelijk en doorlopend betrokken moet
blijven gedurende minstens twee jaar.
Indien deze voorwaarden niet vervuld worden,
heeft de huurder recht op een vergoeding gelijk
aan 18 maand huurprijs tenzij de verhuurder een
buitengewone omstandigheid kan inroepen.
Indien de verhuurder de huurovereenkomst vroegtijdig
beëindigt door middel van een opzeg van zes
maanden om reden van persoonlijke bewoning, uitvoering
van werken of zelfs zonder motief, kan de
huurder een tegenopzeg geven van één maand,
zonder een schadevergoeding te betalen ook al gebeurt
de opzeg tijdens de eerste drie jaar van zijn
contract.
Tot slot geldt vanaf 1 juli 2007 de regel dat tot zolang
het huurcontract niet geregistreerd is, de
huurder een niet binnen de wettelijke termijn geregistreerde
huurovereenkomst kan beëindigen zonder
een opzeggingstermijn in acht te nemen en
zonder een vergoeding te betalen.
Bron
http://www.belgium.be/nl/publicaties/publ_de_huurwet
Dit ziet er geldig uit. behalve nu vraagt de vorige baas haar drie maanden huishuur vooraleer zij mag vertrekken naar haar nieuwe woonst.
Dus zou me gewoon aan die maand tegen opzeg houden. (indien geregistreerd)
Een aangetekende brief sturen dat ze kennis heeft genomen van de opzeg voor eigen bewoning maar niet akkoord kan gaan met het betalen van 3 maand huur.
Normaal een opzeg van 6 maand maar 8 maand moet ook kunnen.
Normaal zou ze ook uitstel kunnen vragen maar ik vrees dat de rechter dat niet zal toestaan omdat ze reeds 8 maand kreeg.